Aanpak kindermishandeling – Column GGzE Magazine februari 2009
Onlangs hebben we samen met onder andere Bureau Jeugdzorg op het Provinciehuis in Den Bosch een convenant ondertekend over de aanpak van kindermishandeling. Een thema dat helaas nog steeds erg actueel is. Een thema ook waar de GGZ op verschillende manieren mee te maken krijgt. Direct door het contact met de mishandelde kinderen zelf, maar ook indirect door de behandeling van ouders die vaak uit onmacht hun handen niet thuis kunnen houden. Behandelaars weten dat vaak niet of ze staan er gewoon niet bij stil. Het gaat om veel kinderen. In Nederland zouden we gemakkelijk vijf grote voetbalstadions kunnen vullen met kinderen die opgroeien met de ervaring dat geweld en onveiligheid blijkbaar vanzelfsprekend zijn. Dat grote geheimen niet gedeeld mogen worden. Want dan kunnen er dingen gebeuren die nog veel erger zijn. En die misschien wel hun eigen schuld zijn!
Het is maar de vraag of het aantal mishandelde kinderen in de afgelopen decennia gegroeid is. De aandacht voor kindermishandeling is in ieder geval wel sterk toegenomen. Niet in de laatste plaats door de vele incidenten die uitgebreid de media hebben gehaald. Savanna, het Maasmeisje, het Meisje van Nulde en vele anderen werden het symbool van de falende aanpak van kindermishandeling. Van instellingen die niet samenwerken en van jeugdzorginstanties die niet op hun taak berekend zijn. Zoals zo vaak moeten er voor ingewikkelde maatschappelijke problemen simpele verklaringen zijn. Want dan is het ook makkelijker om een vinger te wijzen naar diegene die daar dan de oorzaak van is. En als je een vinger naar een ander kunt wijzen, vergeet je gemakshalve dat de andere vingers naar jezelf wijzen
Want de maatschappelijke verontwaardiging over een kinderdrama is omgekeerd evenredig aan de bereidheid van de burger zelf om een melding te maken van kindermishandeling. Uit onderzoek is bekend dat slechts eenderde van de mensen daartoe bereid is. De meeste mensen troosten zich liever met de gedachte dat ze er toch niets aan kunnen doen of dat ze het niet helemaal zeker weten!
Ook in de geestelijke gezondheidszorg moet men hier alert op zijn. Bij de behandeling van ouders moet je altijd gespitst zijn op signalen die kunnen duiden op kindermishandeling. En je moet het vooral niet nalaten een melding te maken. Natuurlijk staan we altijd voor de vraag: hoe zit het met de privacy of met de vertrouwensband die je als behandelaar hebt met de ouders? Maar ieder kind telt en een mishandeld kind telt voor twee. Een kind in nood is altijd belangrijker dan wat dan ook. Dat verdient altijd prioriteit. We kennen al langer de zogeheten KOPP-consulenten die zich richten op Kinderen van Ouders met Psychiatrische Problematiek. Hun missie binnen de GGZ is nog niet volbracht. Sterker nog, die moet een nieuwe impuls krijgen. Wij zijn daarmee begonnen.
Het tekenen van een convenant stelt in wezen niets voor. Maar het is wel nodig om de handen in elkaar te slaan om zo ook diegenen die het meest kwetsbaar zijn de hand te kunnen reiken.